Rechtsbescherming in het geding rond geschillen met Belastingdienst

Het rapport, getiteld 'Rechtsbescherming in het geding', is gebaseerd op een casusonderzoek naar vijf complexe belastingzaken. In vier van de vijf onderzochte zaken had de Belastingdienst de plicht om alle 'op de zaak betrekking hebbende stukken' te verstrekken geschonden.

Vijf grondoorzaken

Het onderzoek van de IBTD identificeerde vijf grondoorzaken die leiden tot geschillen over informatieverstrekking:

• De Belastingdienst past artikel 8:42 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) op verschillende manieren toe.
• De interactie tussen de Belastingdienst en burgers is voornamelijk inhoudelijk, waardoor de menselijke kant en de impact op de levens van burgers vaak worden genegeerd. Burgers voelen zich vaak gewantrouwd en ervaren de Belastingdienst als 'ondoordringbaar'.Er is onvoldoende interne samenwerking binnen de Belastingdienst. Medewerkers werken individueel en raadplegen niet altijd deskundigen of passen het meer-ogen-principe toe.
• De informatiehuishouding van de Belastingdienst is gebrekkig. Fysieke dossiers worden soms niet goed omgezet naar digitale dossiers en documenten worden lokaal bewaard in plaats van in het landelijke systeem.Het lerend en zelfcorrigerend vermogen van de Belastingdienst is onvoldoende. Er is vooral sprake van incidentenbestrijding in plaats van structurele oplossingen.

De IBTD uit haar zorgen over deze bevindingen, aangezien ze waarschijnlijk ook in andere zaken voorkomen. De inspectie roept de Belastingdienst op om meer waarborgen in te bouwen om dossiers compleet te maken en roept de Belastingdienst op om artikel 8:42 Awb te zien als een middel om transparantie en betrouwbaarheid te tonen