Redactie - 21 augustus 2013

Jeroen Bosch Ziekenhuis verliest rechtszaak tegen softwarebedrijf Alert


Het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) in ’s-Hertogenbosch had de samenwerking met het softwarebedrijf Alert niet eenzijdig mogen beëindigen. Daarom is een schadevergoeding vanwege het stranden van het gezamenlijk te ontwikkelen elektronisch patiëntendossier voor het JBZ niet aan de orde. Dat heeft de civiele rechter van de rechtbank Oost-Brabant bepaald.

Ontwikkeling elektronisch patiëntendossier
Het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) en het Portugese softwarebedrijf Alert sloten in 2008 een overeenkomst voor de invoering van een elektronisch patiëntendossier (EPD) en een ICT-systeem voor alle zorgprocessen in het ziekenhuis. Bij het sluiten van de overeenkomst in 2008 maakten JBZ en Alert een planning voor de aanpassing van het systeem aan de Nederlandse zorgmarkt en de specifieke eisen en wensen van JBZ. De intentie van beide partijen was dat het EPD en het systeem zouden zijn afgerond bij de verhuizing van JBZ in het voorjaar van 2011 naar de nieuwbouw. In 2010 volgde in verband met vertraging van het project een gezamenlijke nieuwe planning. In januari 2011 wilde JBZ de opleverdatum uitstellen tot begin 2012, Alert maakte daartegen kort gezegd bezwaar.

Het geschil
JBZ gaf in de loop van 2011 aan van de overeenkomst af te willen en heeft de samenwerking met Alert in oktober 2011 opgezegd. Het ziekenhuis stapte vervolgens naar de civiele rechter. JBZ heeft de rechtbank gevraagd te oordelen dat het Bossche ziekenhuis de overeenkomst terecht heeft ontbonden of de overeenkomst alsnog te ontbinden. Volgens JBZ voldeed de software niet aan wat het ziekenhuis wilde, heeft Alert deadlines niet gehaald en is het softwarebedrijf ernstig tekortgeschoten in de gemaakte afspraken. Het ziekenhuis vraagt daarom terugbetaling van de gemaakte investeringskosten van ruim 1,1 miljoen euro en daarnaast een schadevergoeding van 8 miljoen euro. Volgens Alert heeft het bedrijf zich wel degelijk aan de afspraken gehouden en was JBZ niet bevoegd de samenwerking stop te zetten en de overeenkomst te ontbinden. Daarom vindt Alert dat de vergoedingen moeten worden afgewezen.

Beslissing rechtbank
Bij de beoordeling stelt de rechtbank voorop dat JBZ en Alert gezamenlijk begonnen aan een complex software-ontwikkelproject. Om het EPD en het zorgsysteem te realiseren moest de van oorsprong Portugese software worden aangepast aan de Nederlandse situatie. Bij de start waren beide partijen bekend met de risico’s van het ambitieuze project en de financiële en personele investeringen. Het welslagen ervan was afhankelijk van een voortdurende onderlinge afstemming. Zoals JBZ terecht heeft gesteld is het uitgangspunt van de wet dat contractueel afgesproken data in principe harde termijnen zijn. Uit de gezamenlijk opgestelde documenten blijkt volgens de rechtbank echter dat de daarin opgenomen termijnen een andere strekking hadden. Niets wijst erop dat JBZ juridische of financiële consequenties heeft verbonden aan gewijzigde planningen. Ook bij de ontbindingsverklaring van eind 2011 heeft JBZ nagelaten Alert formeel aan te spreken op het niet halen van de termijnen.

De rechtbank concludeert dat de opleverdata in zoverre flexibel waren dat ze steeds vatbaar waren voor - of zelfs het uitgangspunt waren - van nadere onderhandeling. Verder heeft JBZ onvoldoende aangegeven waarin Alert is tekortgeschoten. Alert kan uit de documenten van JBZ niet opmaken hoe zij alsnog aan haar contractuele verplichtingen kon voldoen en JBZ gaf niet aan welke concrete prestaties Alert daarvoor moest leveren. Daar komt bij dat tussen de partijen vaststaat dat zij elkaar tijdens de onderhandelingen in de maanden voor oktober 2011 over een doorstart zeer dicht waren genaderd. JBZ verkeerde naar eigen zeggen zelfs in de veronderstelling dat overeenstemming was bereikt.

Geen oordeel kwaliteit software en schadevergoeding
Dit alles leidt ertoe dat JBZ niet bevoegd was de overeenkomst eenzijdig te ontbinden. De stelling van JBZ dat zij het vertrouwen in Alert hadden verloren, maakt dat juridisch gezien niet anders. Omdat JBZ de overeenkomst eind 2011 had opgezegd en de contractuele opzegtermijn van een jaar inmiddels is verstreken, is de ontbinding door de rechtbank niet meer aan de orde. De conclusie is dan dat de rechtbank niet toekomt aan een beoordeling van de vraag of sprake was van tekortkomingen van Alert. Dit betekent ook dat de rechtbank niet oordeelt over de gevorderde kosten en schadevergoeding. Omdat JBZ in het ongelijk is gesteld, moet het ziekenhuis de proceskosten van Alert betalen van ruim 10.000 euro.

Zie voor een eerder verslag van de zitting van deze zaak hier.


I-Mor 26/05/2025 t/m 02/06/2025 BN + BW SoSafe 26/05/2025 t/m 09/06/2025 BW
Gartner BN tm 12-11-2025 - 1