VMware exodus: hoe organisaties Broadcom kunnen omzeilen

Delory, zelf een voormalig VMware-engineer, benadrukt dat klanten geen technische voorkeur hebben voor een alternatief, maar gedwongen worden door kosten: de typische VMware-klant wordt geconfronteerd met een kostenstijging van 2x tot 4x ten opzichte van de pre-acquisitieprijzen.

"Er is geen kant-en-klare vervanging voor VMware in de hele industrie," aldus Delory. "Je hebt een VMware-vormig gat in je datacenter, en er is niets anders dat precies VMware-vormig is. Dit is een technisch probleem dat een technische oplossing vereist."

De pijn van de prijs: waarom klanten vertrekken

De transitie wordt gedreven door de nieuwe realiteit onder Broadcom. De belangrijkste pijnpunten zijn:

• Prijsexplosie: Kostenstijgingen van 2x tot 4x, voornamelijk door de eliminatie van eerdere licentiemodellen ten gunste van twee abonnementen (waaronder het duurdere VMware Cloud Foundation) en een prijs van 350 dollar per core per jaar.
• Gedwongen bundeling: Er is geen mogelijkheid meer om alleen de hypervisor (ESXi) en vCenter te kopen. Klanten moeten nu VCF-bundels afnemen, inclusief software zoals vSAN, Tanzu en delen van NSX, zelfs als ze deze niet wensen of gebruiken.
• Geen eer aan oude licenties: Broadcom honoreert vSphere 8-licenties niet voor de overstap naar VCF (de nieuwste versie), waardoor klanten gedwongen worden nieuwe, meer dure abonnementen af te sluiten.

De Gartner-analist voorspelt dat 35 procent van de VMware-workloads zal verhuizen tussen nu en 2028. Dit vertegenwoordigt een enorm aantal VM’s dat in de komende jaren een nieuwe thuisbasis moet vinden.

De zeven stappen naar vrijheid: een migratieplan

Delory presenteert een stapsgewijs plan om de overgang van VMware zo soepel en pijnloos mogelijk te maken. Hij benadrukt dat de focus moet liggen op applicatiemodernisering, in plaats van alleen het verplaatsen van VM's naar een 'VMware-lookalike'.

Stap 1: Strategische analyse en scoping

De migratie moet beginnen met een gedetailleerde technische analyse van élke applicatie die momenteel op VMware draait. Dit is essentieel omdat het de opties op tafel bepaalt.

• Check voor commerciële software: Welke hypervisors ondersteunt de softwareleverancier? (Support op VMware betekent niet automatisch support op KVM of Hyper-V).
• Moderniseer waar mogelijk: Kan de app worden gecontaineriseerd (Kubernetes)? Is er een cloud-native of SaaS-versie beschikbaar?

"Totdat je deze analyse hebt voltooid, weet je niet welke opties je hebt. Je hebt het probleem nog niet in kaart gebracht," aldus Delory. Deze analyse zal waarschijnlijk leiden tot meerdere migratiepaden (bv. naar de public cloud, naar Nutanix, of naar een andere hypervisor).

Stap 2: Architectuur en keuze van alternatieven

In de architectuurfase gaat het om het maken van de hostingkeuze en het oplossen van ontbrekende functionaliteiten.

Alternatieven voor VMware

Hoewel Delory verwijst naar een aparte sessie voor de details, benadrukt hij dat Hyper-Converged Infrastructure (HCI) en Public Cloud de veiligste opties zijn. Hij raadt de meeste typische enterprise IT shops aan weg te blijven van OpenStack, dat vaak te complex is om te beheren.

Drie categorieën van missing features

VMware biedt unieke functionaliteit die niet direct wordt overgenomen door concurrenten. Deze moeten worden geadresseerd:

1. Functionaliteit die redesigned moet worden: Unieke features zoals VMware Fault Tolerance (nul downtime tussen host-overgangen) bestaan nergens anders. Applicaties die hierop vertrouwen, moeten worden herontworpen om die vereiste te verwijderen.
2. Functionaliteit die rerouted/reinforced kan worden: Gaten in functionaliteit, zoals de geavanceerde workload balancer VMware DRS, kunnen worden opgevuld met tools van derden (zoals Turbonomic of Verkana).
3. Functionaliteit die vervangbaar is: Basisfuncties zijn vaak uitwisselbaar. Let op: VMware API-aanroepen zijn specifiek en moeten worden herschreven in de code.

Delory's hoofdadvies in deze fase: "Prioriteer het moderniseren van de omgeving boven het simpelweg verschuiven naar een VMware-alternatief."

Stap 3: Engineering, bouw en migratie

Dit is de uitvoeringsfase: de nieuwe omgevingen (meervoud) worden opgebouwd en de VM’s verplaatst.

Het restant optimaliseren

Omdat de nieuwe prijsstelling core-gebaseerd is, moet de overgebleven VMware-voetafdruk zo klein mogelijk worden gemaakt.

• Verhoog VM-dichtheid: Verhoog de oversubscription (verhouding tussen virtuele en fysieke cores) aanzienlijk. De vuistregel is 4 vCPU's per fysieke core, of zelfs beter. Delory noemt het "gek" dat veel shops hun hardware nog steeds niet oversubscriben.
• Reduceer het aantal cores: Door de dichtheid te verhogen, kan het totale aantal cores en daarmee de licentiekosten, worden gereduceerd.

De migratie: tools en moeilijkheden

De beschikbaarheid van migratietools is sterk productafhankelijk.

• Nutanix Move wordt als 'best in class' beschouwd vanwege de bijna volledig geautomatiseerde migratie van hele clusters.
• Andere alternatieven hebben vaak geen ingebouwde migratietool. Ze kunnen VMDK's (VMware virtuele schijven) converteren, maar de integratie van die opslag in de nieuwe hypervisor is vaak een "oefening voor de lezer."

Delory waarschuwt dat IT-teams, behalve bij Nutanix, vaak op zichzelf zijn aangewezen: "Wees voorbereid op het zelf bouwen van een tool of het handmatig samenvoegen van alle onderdelen."

Stap 4: Administratie en operationele vertaling

De laatste stap gaat over het in stand houden van de nieuwe omgeving en het omzetten van operationele kennis.

• Vertaal kennis: Wat 'CPU Ready' is in VMware (de wachttijd van de VM om toegang te krijgen tot de CPU) is bijvoorbeeld 'CPU Steal' in KVM. Beheerders moeten de prestatie-metrics en de betekenis van 'goed' in de nieuwe omgeving leren.
• Stel een onderhoudsplan op: De dagelijkse, wekelijkse en maandelijkse onderhoudstaken (zoals de bekende V-check in VMware) moeten opnieuw worden geautomatiseerd en gecreëerd in de nieuwe hypervisor.

Don't Put Yourself in a Box

Delory sluit af met een waarschuwing aan leiders: leg jezelf geen beperkingen op.

Veel organisaties zeggen volgens Delory: "Ik kan mijn oude opslag-arrays niet opgeven," of "Ik kan niet containeriseren." Maar dit zijn vaak geen technische, maar strategische bezwaren aldus de Gartner analist. "Als je zegt dat je je storage arrays niet kwijt kunt, dan haal je een aantal zeer goede, hyper-converged, opties van tafel. Is dat de minder pijnlijke keuze die je kunt maken?"

VMware wedt erop dat bedrijven niet kunnen of willen verhuizen. "Zij wedden dat je vastzit, zodat ze kunnen rekenen wat ze willen. Maak het ze niet gemakkelijk," aldus Delory.

Ook de menselijke factor is cruciaal: veel engineers hebben hun carrière opgebouwd rond VMware-expertise. Leiders moeten hen bijscholing en training aanbieden, en begrijpen dat de weerstand tegen migratie soms voortkomt uit de angst om de relevantie van hun opgebouwde kennis te verliezen.

Door: Witold Kepinski

Op 9 december vindt er een Gartner webinar plaats onder leiding van Paul Delory met als titel 'The Field Guide to VMware Alternatives'