De stille revolutie van Starlink
In 2016 registreerde SpaceX de naam Starlink als handelsmerk voor een wereldwijd breedbandnetwerk via satellieten. Wat begon als alternatief voor afgelegen gebieden zonder toegang tot glasvezel, is uitgegroeid tot een wereldwijde infrastructuurrevolutie. Een technologische innovatie met diepgaande geopolitieke gevolgen: via Starlink kunnen burgers staatsgrenzen en bijbehorende regelgeving omzeilen. Zo verdwijnt stukje bij beetje de grip van overheden op digitale communicatie. De implicaties zijn verstrekkend, zo schrijft Hans Timmerman (foto) in deze blog.

Duizenden kleine LEO-satellieten (Low Earth Orbit) in een lage baan rond de aarde leveren hoge internetsnelheden en onbeperkte data – overal ter wereld. Met een eenvoudige antenne, of zelfs via een smartphone, krijgen gebruikers directe toegang tot het wereldwijde internet. Een netwerk boven de aarde. Los van nationale infrastructuur, overheden en lokale wetgeving. Met het Roam-abonnement en directe verbindingen met mobiele telefoons wordt Starlink letterlijk grenzeloos.
De satellieten vormen een fijnmazig web om de aarde, communiceren onderling via laserlinks en met de aarde via relatief eenvoudige grondstations. Hierdoor is geen kabel, zendmast of nationale provider meer nodig. Het internet komt rechtstreeks uit de ruimte – ongefilterd en ongecontroleerd.
Van nutsvoorziening naar geopolitiek instrument
Hoewel Starlink aanvankelijk werd gepresenteerd als technologische vooruitgang, werd al snel duidelijk dat het netwerk ook strategische waarde heeft. In de oorlog in Oekraïne speelde Starlink een sleutelrol in het in stand houden van communicatie, ondanks Russische cyberaanvallen. De Oekraïense overheid, het leger en burgers konden ongecensureerd blijven communiceren via een netwerk dat volledig buiten de Russische invloedssfeer viel.
Starlink creëerde daarmee een precedent: het is niet langer de staat die bepaalt welke netwerken operationeel blijven tijdens conflicten of crises, maar een private technologiepartij. De communicatiemacht verschuift – van publiek naar privaat.
Wetgeving blijft plaatselijk – internet wordt mondiaal
Ooit was communicatie analoog, papiergebaseerd en onderworpen aan het briefgeheim. Informatie en geld werden fysiek en anoniem uitgewisseld. Toegang daartoe door de overheid was een zeldzame uitzondering. Met de opkomst van elektronische communicatie en digitale betalingen kregen staten echter steeds meer controle. Ze reguleren toegang via telecomlicenties, monitoren datastromen, zetten firewalls in en beperken ongewenste content.
Maar publieke satellietcommunicatie ondermijnt dat fundament. Starlink maakt geen gebruik van nationale infrastructuur en is daardoor moeilijk te reguleren of te blokkeren. Zelfs landen als China en Iran, bekend om hun digitale firewalls, worstelen met deze nieuwe realiteit.
Wat gebeurt er als burgers zich direct kunnen verbinden met een netwerk dat volledig buiten de nationale jurisdictie valt? Wat betekent dat voor wetgeving rond data, communicatie, privacy en nationale veiligheid? En wat als via zulke netwerken met crypto opnieuw anonieme peer-to-peer betalingen mogelijk worden – net als vroeger met contant geld?
Van staatsmacht naar burgerkracht
Starlink stelt burgers in staat om buiten het gezichtsveld van hun overheden te communiceren. Dat biedt vrijheid, maar verschuift het communicatiedomein wel van publiek naar privaat. Waar staten vroeger providers konden reguleren binnen hun grenzen, bevinden ze zich nu tegenover een wereldwijd opererend technologiebedrijf met eigen belangen, prioriteiten en agenda’s.
De macht verschuift dus niet alleen van overheid naar burger, maar ook van staat naar onderneming. Zoals sociale media ons publieke debat hebben geprivatiseerd, geldt dat nu ook voor mondiale communicatie-infrastructuur. Een nieuwe wereldorde is aan het ontstaan, gebaseerd op de macht en het bezit van digitale techniek, zie ook mijn blog ‘AI – De Nieuwe Olie van een Nieuwe Wereldorde’.
Wie houdt toezicht op communicatie en betalingen als die via commerciële satellieten verlopen? Wat betekent dit voor desinformatie, cybercriminaliteit of de bescherming van minderheden? Vroeger hadden de overheid en posterijen geen zicht op de inhoud van brieven die burgers elkaar stuurden en banken geen controle over anonieme contante betalingen. Was die oude, analoge wereld beter of slechter dan de huidige, centraal ingerichte digitale wereld met overheden die alles weten? Of is een decentrale digitale toekomst juist een terugkeer naar een meer privacyvriendelijke orde gericht op burgerlijke vrijheid?
Een nieuwe digitale wereldorde
Starlink laat zien dat het voor staten steeds moeilijker wordt om hun digitale ruimte effectief te controleren. Waar digitale infrastructuur vroeger exclusief in handen was van staten en nationale providers, bouwen grote private partijen nu mondiale netwerken die landsgrenzen negeren.
We staan aan de vooravond van een nieuwe digitale wereldorde. Een wereld waarin communicatie niet langer nationaal of regionaal geregeld wordt, maar mondiaal en privaat. Dat biedt kansen voor vrijheid, innovatie en onafhankelijkheid – maar ook risico’s: verlies van publieke controle, democratische legitimiteit en sociale samenhang.
Tot slot
De stille revolutie van Starlink is in volle gang. Wat begon als een technische oplossing voor afgelegen gebieden, is uitgegroeid tot een katalysator voor geopolitieke herschikking. In een wereld waar iedereen altijd en overal toegang heeft tot het internet – ongeacht de wetten of grenzen van zijn of haar land – staat de klassieke natiestaat onder druk.
De vraag is niet of deze verandering doorgaat, maar hoe samenlevingen en overheden zich daartoe verhouden. Want wie controle heeft over communicatie – inclusief het kunnen doen van betalingen – heeft macht. En die macht verschuift. Letterlijk. Naar de ruimte – en naar het individu.
Door: Hans Timmerman