Nieuw visumbeleid regering Trump schudt de tech-industrie in VS op
De Amerikaanse tech-industrie staat op scherp na de nieuwe visumverordening van de regering-Trump. Sinds gistermorgen moeten werkgevers die een H-1B visum aanvragen voor een nieuwe medewerker een bedrag van 100.000 dollar betalen. Dit bedrag is een drastische verhoging van de oorspronkelijke kosten, die doorgaans variëren tussen de 3.000 en 7.000 dollar. De maatregel, die als doel heeft Amerikaanse werknemers te beschermen, zorgt voor een grote schok bij technologiebedrijven.

Het H-1B visum is een non-immigratievisum waarmee Amerikaanse bedrijven hoogopgeleide buitenlandse werknemers tijdelijk in dienst kunnen nemen. Veel techgiganten zoals Google, Amazon en Microsoft maken hier al jaren intensief gebruik van om de beste talenten van over de hele wereld aan te trekken.
Deze nieuwe eis van 100.000 dollar per werknemer brengt nu een enorme financiële last met zich mee. vooral voor kleinere, startende techbedrijven die vaak afhankelijk zijn van buitenlandse expertise om te groeien en te innoveren.
Bezorgdheid over innovatie en concurrentievermogen
Critici vrezen dat het nieuwe beleid de innovatie en het concurrentievermogen van de VS op de lange termijn zal schaden. Door de drempel zo hoog te leggen, wordt het voor bedrijven moeilijker om in te spelen op de schaarste aan gespecialiseerde werknemers. Dit kan leiden tot een uitstroom van talent naar andere landen, zoals Canada en het Verenigd Koninkrijk, die hun visumprocessen voor tech-werknemers versoepelen.
Aanhangers van het beleid, waaronder de regering-Trump, stellen dat de nieuwe regel is bedoeld om te voorkomen dat Amerikaanse werknemers worden verdrongen door goedkopere buitenlandse arbeidskrachten. De regering-Trump heeft de afgelopen jaren al vaker de roep geuit om het H-1B programma te hervormen, met als argument dat veel banen ten onrechte naar buitenlanders gingen.De maatregel is een van de vele stappen die de regering-Trump heeft gezet om de Amerikaanse markt te beschermen. Maar terwijl de regering zich richt op "America First," vreest de tech-industrie voor "America Alone."