Martijn Kregting - 21 november 2023

Debat over digitalisering: over kennis, kloven en AI grijpbaar maken

Hoe zorgen overheid en politiek ervoor dat er voldoende kennis in huis is op het gebied van digitalisering en IT? Wat moet er gebeuren om de kloof tussen beleid en uitvoering te dichten als het gaat om digitalisering? En hoe is het ongrijpbaar schijnende AI toch grijpbaar te maken? Twee vragen die vorige week aan de orde kwamen tijdens het eerste Nationale Debat over digitalisering in het Haagse Nieuwspoort, georganiseerd door een reeks brancheorganisaties. Het debat gaf een inkijkje in wat zes van de deelnemende partijen aan de verkiezingen van 22 november hopen te realiseren als het gaat om digitalisering in en van de Nederlandse maatschappij en het bedrijfsleven.

Debat over digitalisering: over kennis, kloven en AI grijpbaar maken image

Zes (aspirant) Tweede Kamerleden gingen in op vragen van moderator Kees Verhoeven. En een belangrijke vraag is: hoe zit het met het kennisniveau van politici en ambtenaren als het gaat om ICT en digitalisering? Die kennis lijkt wel te groeien, merkt Verhoeven op, getuige ook de aandacht van verkiezingsprogramma’s voor de digitale transformatie van en in Nederland. “maar nog altijd lopen veel ICT-projecten van overheden uit de klauwen en schuren wetten als het gaat digitale zaken soms tegen de rand van de rechtstaat aan. Hoe kunnen we hier slagen in maken?”

Voor Barbara Kathmann (Gr.L-PvdA) zijn de vele en uitgebreide trainee-programma’s bij de overheid een belangrijke stap om kennis bij ambtenaren bij te spijkeren. Maar eigenlijk moet digitale kennis al in het onderwijs ingebracht worden. “Daar moeten we scholieren en studenten al klaarstomen om maatschappelijke uitdagingen als tekorten aan IT-talenten tegen te gaan. De overheid moet hier een meer actieve rol in nemen, het duurt nu te lang.”

Kathmann wijst erop dat het bedrijfsleven de handschoen al heeft opgepakt. In toenemende mate wordt er samen met hoger onderwijsinstellingen maar ook mbo-scholen geïnvesteerd in meer en breder gevolgde ICT-opleidingen om zo extra IT-talent af te leveren. “De overheid moet dergelijke publiek-private samenwerking niet wanttrouwen, maar juist stimuleren.”

Digitale kennis al op school

Michael Teng-Li Tai (Volt), ziet ook veel in meer aandacht voor digitalisering op school en het aanpassen van het curriculum op dit gebied. “Maar ook bij ambtenaren moet her meer aandacht voor komen. Waar liggen kansen, waar bedreigingen? Hoe heeft een gebrek aan kennis over digitalisering impact op de uitvoering van overheidstaken, bijvoorbeeld als het gaat om toeslagen of vergunningen. Wat mag wel en niet op privacy-gebied.” Maar ook: hoe voorkom je dat ambtenaren dubbel werk doen. “Niet ieder departement of elk DG moet zelf het wiel uitvinden. Kopieer wat goed werkt waar mogelijk van elkaar.”

D66 (Lisa van Ginneken) heeft deels dezelfde punten als GroenLinks/PvdA en Volt. “Wij willen ook een beter fundament in het onderwijs. Maar ook meer vaardigheden als het gaat om het aanbesteden van IT-trajecten. Liever meer kleinere projecten dan grote, monolithische aanbestedingen. Ik denk niet dat een cursus voor ambtenaren daarvoor nuttig is, dat moet op een meer fundamenteel niveau veranderen.” Ook wil Van Ginneken dat de overheid een aantrekkelijker werkgever wordt voor IT-talenten, om zo de afhankelijkheid van de markt te verminderen.

Bestuurders met IT-kennis

Jesse Six Dijkstra (NSC) stelt niet tegen bovenstaande voorstellen te zijn, maar denkt dat wat meer digitale vaardigheden van scholieren en ambtenaren de fundamentele problemen van de overheid op IT-gebied niet oplossen. “Bovendien wil ik niet meegaan in het frame dat er onvoldoende IT- en digitale kennis is onder ambtenaren. Dat is vooral het geval op het leidinggevende niveau. Mensen daar hebben meestal generieke management-skills maar weinig binding met de inhoud. Er moeten meer mensen met inhoudelijke kennis – dus ook als het gaat om digitalisering – op dit soort functies benoemd worden.”

Henk Vermeer (BBB) spreekt in dit kader over ‘inboeringscursussen’. Dat stelde BBB enkele jaren geleden voor om ambtenaren meer inhoudelijke kennis te geven over wat er in de landbouw en veeteelt speelt, zodat zij op basis daarvan beter uitvoerbaarder beleid kunnen maken. Iets vergelijkbaars moet er ook op digitaal gebied komen.

Hawre Rahimi tot slot, is het onder meer eens met Van Ginnekens idee over kleinere, meer behapbare IT-projecten. Ook vindt hij dat er veel goede ambtenaren zijn met gedegen IT-kennis. Als voormalig ondernemer kon hij die kennis in de praktijk toetsen. “Wij moeten die kennis vasthouden. Maar net zo belangrijk: wij moeten die kennis in de Tweede Kamer hebben. Daar ontbreekt het nu aan en daardoor gebeurt het te vaak dat Kamerleden denken dat iets niet mogelijk is, terwijl dat wel het geval is.”

Kloof tussen beleid en uitvoering

In het verlengde van kennis over IT, ligt een gepercipieerde kloof tussen beleid en uitvoering. Kathmann (Gr.Links/PvdA) bepleit als instrument een digitale toets bij elk wetsvoorstel en elke motie: is het voor zover er digitale componenten in zitten, mogelijk en haalbaar? En het liefst gecoördineerd over alle ministeries heen – iets waar een eerder in het debat genoemde minister van Digitale Zaken een rol in zou kunnen spelen.

Prima, zo’n toets, vindt Van Ginneken (D66), maar er moet meer gebeuren. “Momenteel gaat driekwart van het IT-budget van overheden op aan het overeind houden van legacy-systemen. Dat geldt moet naar nieuwe digitale projecten gaan. En het moet sneller. Iemand van Fox-IT vertelde me een keer dat wat nu bedacht wordt, eerst 18 maanden vast zit in aanbestedingen en RFP’s (request for proposal) en daarna nog vier jaar in de uitvoeringsfase.”

Misschien is er wel iets te zeggen voor structurele samenwerking met IT-partijen waar niet telkens een aanbesteding voor nodig is, vervolgt de D66’er, in navolging van de al bestaande korte en langere raamcontracten die elders al bestaan. De NS is hier een goed voorbeeld van.

AI grijpbaar maken

Het grijpbaar maken van de razendsnelle ontwikkelingen op het gebied van AI: hoe willen de (aspirant) Tweede Kamerleden dat aanpakken? ChatGPT, large language models: AI is gedemocratiseerd met de komst van generative AI. “maar”, stelt moderator Verhoeven, “het lijkt erop dat politici vooral de risico’s benadrukken en dat het debat doorslaat naar regulering. Zijn er ook kansen?”

Teng-Li Tai (Volt) benadrukt de noodzaak om ervoor te zorgen dat de burger iets heeft aan alle ontwikkelingen, meer dan het laten schrijven van een schoolverslag. “Met AI-toepassingen kunnen we sterk inzetten op automatisering, op een hogere arbeidsproductiviteit, het makkelijker maken van werk en leven. Maar de winsten die dit oplevert, komen te veel terecht bij bedrijven en investeerders. We moeten ervoor zorgen dat burgers meer in die winst delen. Laat iemand wiens werk verandert, hier van meeprofiteren.”

Vermeer (BBB) heeft niet zoveel op met uitgebreide regulering van elk AI-risico. Het is er en het gaat gebruikt worden, net zoals de rekenmachine. “De stoomtrein zou ook alles kapot maken. Gelukkig is die ontwikkeling niet kapot gereguleerd. Natuurlijk moet je wel goed kijken naar hoe AI wordt toegepast, maar laat regulering niet te veel afremmen. AI gaat hoe dan ook grote gevolgen hebben voor bedrijfsleven en maatschappij, onder meer de inrichting ervan. Maar overal waar mensen hun baan verliezen door AI, komen er andere functies bij. Ga uit van de geboden kansen en ga hiervoor. We reguleren toch ook niet wie wel of niet gaat innoveren? AI kan een hamer zijn om iemand te slaan of om een huis mee te bouwen. We moeten ervoor zorgen dat dit laatste het geval is.”

Als Van Ginneken (D66) zegt te schrikken van de ‘laat maar waaien-houding’ van BBB, protesteert Vermeer die benadrukt alleen een overmaat aan regulering niet te willen. De D66’er stelt daarna dat AI niet alleen veel potentie heeft op zich, maar ook gebruikt kan worden om beleid mede op te bouwen. “We moeten AI stimuleren, het is belangrijk voor onze economie, denk aan als overheid garant staan voor startups. Maar laten we niet de fout herhalen van social media: eerst moeten er uitwassen komen, pas dan wordt er ingegrepen. Nu moeten we achteraf repareren om desinformatie en haatboodschappen tegen te gaan.”

Regulering versus kansen

Kathmann (Gr.Links/PvdA) vindt regulering wel nodig, maar benadrukt ook het belang van de kansen goed inventariseren. “Het moet niet gaan om het toepassen van AI om het toepassen ervan. Het moet ergens een oplossing voor bieden. Denk aan de schreeuwende tekorten in de zorgsector. Ik denk dat we ook voor de publieke sector vol op AI in moeten zetten.”

Prima, vindt Six Dijkstra (NSC), maar laten we ook vooral de goede ecosystemen die we al hebben voor sleuteltechnologieën zoals quantum inzetten voor AI. “We moeten overgaan tot een publiek-private bundeling van krachten, met innovatiegelden vanuit de overheid. We kunnen wel telkens technologie en kennis uit Sillicon Valley importeren, maar het is belangrijk dat we zelf ook ontwikkelen, zoals GPTNL. En laten we het kleinschalig en soeverein doen.”

Rahimi (VVD) zegt liever naar de kansen te kijken. “Er is niets nieuws aan AI. Er zijn al decennia lang chatbots. We gebruiken het al heel lang. Nu gaat de snelheid van ontwikkeling omhoog. Laten we dat gebruiken om nieuwe banen te creëren, maar ook om mensen te ondersteunen die digitaal vaardig zijn, om hen meer maatwerk te bieden. Natuurlijk is er regulering nodig, maar laten we niet alleen maar roepen dat het allemaal zo eng is. Waar het uiteindelijk - altijd – om gaat, is dat digitalisering veel kansen biedt, maar dat we tegelijkertijd moeten uitkijken dat onze grondrechten niet langzaam eroderen. Ook daar hebben we de kennis en kunde voor nodig die we nu in de Tweede Kamer nog missen.”

Lees ook het eerste deel over het debat over digitalisering.